Summary: | De biodiversiteit onder vogels in de Oosterschelde neemt significant toe van 84 soorten in 1987 tot 105 soorten in 2008. Metname de herbivore en piscivore vogels zijn verantwoordelijk voor deze toename. Broedvogels nemen toe in aantal vanaf1994. Vissen vertonen echter weinig verandering in de gemeten periode (1970-2008) en vertonen een lichte significantetoename in het aantal soorten in de periode 1996-2001. De macrofauna-gemeenschap vertoont een constant hoge ShannonWiener-index tussen de 2,5 en 3,5, maar de aantallen tussen soorten zijn erg ongelijk verdeeld doordat er veel soorten metrelatief lage aantallen zijn en een paar soorten voorkomen in relatief hoge aantallen. De aantallen individuen voor suspensie- enfilter feeders en oppervlakte deposit- en facultatieve suspensie feeders nemen significant af over de gehele gemeten periode(1993-2008). Zeehonden (twee soorten) nemen in aantallen toe. Met name Gewone zeehond (Phoca vitulina) vertoont eenforse stijging in aantallen en ook de Grijze zeehond (Halichoerus grypus), hoewel minder abundant, vertoont een stijging inaantal waargenomen individuen. Bruinvissen (Phocoena phocoena) zijn niet beschouwd in de analyse. Het areaal aan zeegrasvertoont een sterke daling in 1984-1993 van 657 tot 63, een afname van 90%. Ook het schorareaal neemt af.
|