Zeventiende- en achttiende-eeuwse kleding van walvisvaarders opgegraven op Spitsbergen

Op Spitsbergen zijn gedurende opgravingscampagnes in de periode 1979-1981 door het Arctisch Centrum van de Rijksuniversiteit Groningen de restanten van de Nederlandse walvisvaardersnederzetting Smeerenburg onderzocht. In en om de huizen en traanovens, die van 1614 tot circa 1660 in gebruik zijn gewe...

Full description

Bibliographic Details
Main Author: Comis, Sandra Yolanda
Format: Doctoral or Postdoctoral Thesis
Language:Dutch
Published: Rijksuniversiteit Groningen 2017
Subjects:
Online Access:http://hdl.handle.net/11370/df860cfa-dce1-4073-a056-d097f1ec8816
https://research.rug.nl/en/publications/zeventiende-en-achttiendeeeuwse-kleding-van-walvisvaarders-opgegraven-op-spitsbergen(df860cfa-dce1-4073-a056-d097f1ec8816).html
https://pure.rug.nl/ws/files/50694057/Title_and_contents.pdf
https://pure.rug.nl/ws/files/50694059/Summary.pdf
https://pure.rug.nl/ws/files/49851560/Complete_thesis.pdf
https://pure.rug.nl/ws/files/49851562/Propositions.pdf
Description
Summary:Op Spitsbergen zijn gedurende opgravingscampagnes in de periode 1979-1981 door het Arctisch Centrum van de Rijksuniversiteit Groningen de restanten van de Nederlandse walvisvaardersnederzetting Smeerenburg onderzocht. In en om de huizen en traanovens, die van 1614 tot circa 1660 in gebruik zijn geweest, zijn vele honderden textielfragmenten gevonden. Tot de vondsten behoren delen van vilthoeden, jassen, broeken, kousen en wanten. De mannen droegen tijdens hun werkzaamheden hun gewone winterkleding. Textielresten werden ook aangetroffen in de graven van de zeven walvisvaarders die de overwintering van 1634-1635 niet hebben overleefd. In 1980 vond tevens onderzoek plaats op het eiland Zeeuwse Uitkijk. Hier zijn 50 graven van overleden walvisvaarders onderzocht. In totaal zijn in de graven 33 gebreide mutsen, een leren muts met bontrand, (delen van) acht jassen, vier broeken en verschillende kousen opgegraven. Op grond van deze kledingstukken kan een deel van de graven gedateerd worden in de periode van 1650 tot circa 1750. Het betreft hier de grootste collectie van werkmanskleding in Europa. Typische walvisvaarderskleding is niet aangetroffen. Als bescherming tegen de kou droeg men meerdere kledingstukken over elkaar. Wel zijn in de nederzetting delen van een leren broek gevonden, die hoogstwaarschijnlijk door de smid is gedragen. De opgegraven kleding is gemaakt van wol. Linnen en katoenen kleding is niet bewaard gebleven. De snit van de kleding duidt erop dat men voor de dagelijkse kleding op Spitsbergen de mode volgde, maar dan in een eenvoudigere en goedkopere uitvoering. A series of archaeological excavations carried out by the Artic Centre of the University of Groningen between 1979-1981 uncovered the remains of a Dutch whaling station on Spitsbergen. Hundreds of textile fragments were found in and around the houses and the blubber furnaces, that were exploited from 1614 to around 1600. Amongst the finds were fragments of felt hats, jackets, breeches, stockings and mittens. The men evidently wore their normal winter clothing at work. The remains of textiles were also found in the graves of seven whalers who died during the overwintering attempt of 1634-1635. In 1980, excavations were also conducted on the island Zeeuwse Uitkijk. Here the graves of 50 whalers were investigated. The graves contained a total of 33 knitted caps, one fur-brimmed leather cap, eight jackets and four pairs of breeches, either complete or in fragments, as well as several stockings. On the basis of the clothing styles some of the graves can be dated to the period between 1650 to around 1750. This forms the largest collection of workmen’s clothing from this period in Europe. Amongst the finds there is nothing that can be regarded as typical whaler’s clothing. To protect themselves against the cold men simply wore several garments on top of one another. The only special purpose garment is the fragmentary pair of leather breeches, probably worn by the smith. The excavated garments are all of wool, as neither linen nor cotton is preserved under these conditions. The cut of the garments indicates that the everyday clothing worn on Spitsbergen followed contemporary fashion, albeit in a simpler and less costly form.