Transect-rapport 1423: Archeologisch Inventariserend Veldonderzoek, Verkennende en Karterende Fase. 1e Hoornerveenseweg 5a te Heerde, Gemeente Heerde (GD)

Er is een archeologisch verkennend en karterend booronderzoek uitgevoerd in een plangebied aan de 1e Hoornerveensweg 5a te Heerde (gemeente Heerde, fig. 1). De aanleiding voor het onderzoek is de bouw van een nieuwe woning in het plangebied met garage (zie bijlage 1). Hiervoor moet een omgevingsproc...

Full description

Bibliographic Details
Main Author: Kerkhoven, A.A.
Other Authors: A.A. Kerkhoven (Transect)
Format: Other/Unknown Material
Language:Dutch
Published: Data Archiving and Networked Services (DANS) 2020
Subjects:
Online Access:https://doi.org/10.17026/dans-zjf-9a85
Description
Summary:Er is een archeologisch verkennend en karterend booronderzoek uitgevoerd in een plangebied aan de 1e Hoornerveensweg 5a te Heerde (gemeente Heerde, fig. 1). De aanleiding voor het onderzoek is de bouw van een nieuwe woning in het plangebied met garage (zie bijlage 1). Hiervoor moet een omgevingsprocedure worden doorlopen, in welk kader ook een archeologisch vooronderzoek is vereist. Het plangebied heeft een hoge verwachting op archeologische waarden vanaf het Laat-Paleolithicum B tot en met de Vroege Middeleeuwen. Deze verwachting vloeit voort uit de ligging op een smeltwaterglooiing, die circa 500 m oostelijk van het plangebied aantoonbaar bewoond was vanaf de Vroege Bronstijd tot en met de Vroege IJzertijd en mogelijk zelfs later tot in de Romeinse tijd. De bodemopbouw in het plangebied is blijkens het booronderzoek intact, bestaat uit een bouwvoor op matig grindrijk zand en laat zich beschrijven als een gooreerdgrond. De bouwvoor is circa 40-50 cm dik. Het pleistoceen zand bestaat, gezien de slechte sortering, de matig grove zandmediaanklasse, het grind en de landschappelijke context (oostflank Veluwemassief) uit daluitspoelingswaaierafzettingen. Deze zijn vanaf het Weichselien afgezet als gevolg van afsmeltend sneeuwwater en permafrost. Het archeologisch relevante bodemniveau in het plangebied wordt gevormd door de top van de daluitspoelingswaaierafzettingen. Deze liggen op een diepte van 40 tot 50 cm -Mv. In hoeverre het archeologisch relevante bodemniveau nog intact is, valt niet te reconstrueren, omdat in het plangebied sprake is van een gooreerdgrond en dus geen sprake is van bodemvorming in de top van het pleistoceen zand i.c. de daluitspoelingswaaierafzettingen. Vanuit het microreliƫf zijn er echter geen aanwijzingen dat het terrein in het verleden is geƫgaliseerd. Als zodanig is er geen directe reden om aan te nemen dat er bodemverstoring heeft plaatsgevonden, anders dan normale agrarische activiteiten. Er zijn geen archeologische indicatoren aangetroffen, noch tijdens het veldwerk, noch in de ...