Zeewieren van de voormalige oesterputten bij Yerseke

De voormalige oesterputten van de Yerseksche Oesterbank vormen een geschikt habitat voor veel benthische algen in dit voor het overige door zacht substraat gekenmerkte deel van de Oosterschelde. Reeds vele jaren wordt hier een flora gevonden die qua samenstelling uniek is in Nederland. Gedurende de...

Full description

Bibliographic Details
Main Authors: Stegenga, Herre, Karremans, Mart, Simons, Jan
Format: Article in Journal/Newspaper
Language:unknown
Published: 2007
Subjects:
Online Access:http://www.repository.naturalis.nl/record/526694
http://www.repository.naturalis.nl/document/567105
Description
Summary:De voormalige oesterputten van de Yerseksche Oesterbank vormen een geschikt habitat voor veel benthische algen in dit voor het overige door zacht substraat gekenmerkte deel van de Oosterschelde. Reeds vele jaren wordt hier een flora gevonden die qua samenstelling uniek is in Nederland. Gedurende de laatste decennia is de floristische karakteristiek van het gebied echter veranderd, waarbij geïntroduceerde organismen een hoofdrol zijn gaan spelen. Ulva pertusa, Sargassum muticum, Undaria pinnatifida, Agardhiella subulata, Dasya baillouviana, Dasysiphonia spec. en Polysiphonia senticulosa, vaak met als ondergrond de eveneens geïmporteerde Japanse oester Crassostrea gigas, domineren nu dikwijls het aspect, hoewel de meeste soorten grote seizoensvariatie vertonen. Een speciale algenvegetatie wordt ’s zomers gevonden op de zandplaat, waar hard substraat zeldzaam is. Deze vegetatie blijkt te bestaan uit Vaucheria longicaulis, klaarblijkelijk een vrij recente introductie met een invasief karakter. De soort is elders in Europa slechts herkend in Zuid-Engeland. Ook werden hier voor de eerste maal in Nederland fertiele sporofyten van het siphonale groenwier Derbesia marina gevonden. Former oyster ponds situated on a tidal flat in the sheltered eastern part of the Oosterschelde Basin offer a suitable substrate for many benthic marine algae. Through the years a rather special algal vegetation has persisted here, containing some species that are absent or rare elsewhere in the Netherlands. However, over the last two decades the aspect of the algal vegetation has changed dramatically, exotic organisms becoming dominant at the expense of autochthonous species: Ulva pertusa, Sargassum muticum, Undaria pinnatifida, Agardhiella subulata, Dasya baillouviana, Dasysiphonia spec. and Polysiphonia senticulosa, often attached to the likewise introduced oyster Crassostrea gigas, are now among the most commonly found species, although most are only seasonal. A special, almost monospecific vegetation of Vaucheria longicaulis is sometimes ...