Polstraat Wijk en Aalburg Archeologisch onderzoek Polstraat 7 en 9 te Wijk en Aalburg

• Main Author: Fijma, P.
• Other Authors: Noord-Brabant, Greenhouse Advies
• Format: Dataset
• Language: Dutch
• Published: 2020
• Subjects: Archeologisch: destructief:proefputten\proefsleuven; Middeleeuwen laat: 1050 - 1500 nC (LME); Nieuwe tijd A: 1500 - 1650 nC (NTA); Archaeology; archeo; geo; Kon; Beneden; Hoge; Archeological Survey
• Online Access: https://doi.org/10.17026/dans-zha-vksj

Tijdens het veldonderzoek zijn twee proefsleuven aangelegd en gedocumenteerd. In de proefsleuven is het vlak laagsgewijs verdiept totdat een leesbaar vlak kon worden aangelegd in de top van de beddingafzettingen van de stroomgordel van Biesheuvel-Hamer. In tegenstelling tot de lagen erboven, werden in beddingafzettingen enkele sporen aangetroffen. Boven de beddingafzettingen werden van boven naar beneden overslaggronden en oeverwalafzettingen gedocumenteerd. Dit komt overeen met de verwachting op basis van het eerder uitgevoerde booronderzoek. Alleen in de meest noordelijke proefsleuf zijn sporen aangetroffen. Het betreffen twee grondsporen waarvan één onder andere op basis van de grilligheid ervan, aandoet als een verstoring. Waarschijnlijk betreft het een relatief jong spoor dat door de sterkte gelaagdheid van de bovenliggende lagen niet hoger in het vlak is herkend. Het tweede spoor betreft mogelijk een paalkuil. Beide sporen kunnen niet aan elkaar gerelateerd worden. Tijdens het veldonderzoek zijn 6 vondstnummer uitgedeeld. Het grootste gedeelte van de vondsten bestaat uit aardewerk en de meeste vondsten zijn aangetroffen tijdens de aanleg van het vlak. Naast aardewerk zijn nog enkele fragmenten bouwkeramiek en baksteen, metaal en fragmenten onverbrand dierlijk bot aangetroffen. In één spoor zijn meerdere vondsten aangetroffen. Het betreft spoor 12 waarin 1 fragment aardewerk, 1 fragment bouwkeramiek en 1 metalen object zijn gevonden. Op basis van de bestudering van het aardewerk kan gezegd worden dat het een hoge fragmentatiegraad heeft. Aangezien er meer rood- dan grijsbakkend aardewerk werd aangetroffen, kunnen de fragmenten waarschijnlijk qua datering waarschijnlijk in de eindperiode van de Late Middeleeuwen en het begin van de Vroege Nieuwe Tijd geplaatst worden. Op basis van bovenstaand kan worden gesteld kan in het plangebied waarschijnlijk geen of geen belangwekkende archeologische vindplaats aanwezig is. Two test slots were built and documented during the field survey. In the test slots, the ...