Magnetische velden van hoogspanningslijnen en leukemie bij kinderen

In response to the conclusion of the Health Council of the Netherlands that 'there is a reasonably consistent association between the occurrence of leukaemia in children and residence near overhead power lines' the Ministry of Housing, Spatial Planning and the Environment (VROM) requested...

Full description

Bibliographic Details
Main Authors: Plas M van der, Houthuijs DJM, Dusseldorp A, Pennders RMJ, Pruppers MJM
Other Authors: LSO
Format: Report
Language:Dutch
Published: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM 2001
Subjects:
elf
Online Access:http://hdl.handle.net/10029/9593
id ftrivm:oai:rivm.openrepository.com:10029/9593
record_format openpolar
institution Open Polar
collection National Inst. for Public Health and the Environment, Netherlands (RIVM): Webbased Archive of RIVM Publications (WARP)
op_collection_id ftrivm
language Dutch
topic high tension networks
electromagnetic radiation
cancer
children
leukaemia
leukemia
elf
hoogspanningsleidingen
elektromagnetische straling
kanker
kinderen
leukemie
spellingShingle high tension networks
electromagnetic radiation
cancer
children
leukaemia
leukemia
elf
hoogspanningsleidingen
elektromagnetische straling
kanker
kinderen
leukemie
Plas M van der
Houthuijs DJM
Dusseldorp A
Pennders RMJ
Pruppers MJM
Magnetische velden van hoogspanningslijnen en leukemie bij kinderen
topic_facet high tension networks
electromagnetic radiation
cancer
children
leukaemia
leukemia
elf
hoogspanningsleidingen
elektromagnetische straling
kanker
kinderen
leukemie
description In response to the conclusion of the Health Council of the Netherlands that 'there is a reasonably consistent association between the occurrence of leukaemia in children and residence near overhead power lines' the Ministry of Housing, Spatial Planning and the Environment (VROM) requested RIVM to investigate what the consequences would be for the Netherlands if this association was found to be a result of a causal relationship between the strength of the magnetic fields due to these lines and the occurrence of leukaemia in children. Until now, experimental research has failed to indicate any plausible biological mechanism that supports a causal relationship between exposure to extremely low-frequency magnetic fields and the occurrence of any form of cancer. RIVM considers the results of two recently published pooled analyses a better starting point for describing the risk of leukaemia in children than the information from the individual studies or from meta-analyses performed previously. In the RIVM study values for the relative risk as a function of the magnetic field were derived from these two pooled analyses. The exposure situation in the Netherlands was determined using estimates of the magnetic field at several distances from the power lines. The additional individual risk and potential number of extra cases of leukaemia in children were calculated on the basis of the number of persons living within these distances. The additional individual risk in the RIVM study is defined as the risk children run of developing leukaemia due to living in a certain magnetic field near a power line. There are uncertainties about the form of the dose-response relationship. Therefore, the relative risk can only be concluded to be possibly elevated at field strengths somewhere above between 0.2 and 0.5 microtesla. On the basis of the results of the two pooled analyses, the additional individual risk for children who live in areas where the magnetic field exceeds 0.3 to 0.4 microtesla to develop leukaemia was found in the Netherlands to be 3 per 100,000 per year at the most. There are uncertainties in the number of children living in these magnetic fields, partly because of uncertainties in the estimates of the magnetic field as a function of the distance from power lines. When these estimates are used, the number of extra cases of the total 110 new cases each year is estimated at 0.2 to 1 per year. Since the total exposure to all sources of extremely low-frequency magnetic fields in the Netherlands is insufficiently known, further investigation of this exposure is recommended. Naar aanleiding van de conclusie van de Gezondheidsraad dat 'er sprake is van een redelijk consistente associatie tussen het voorkomen van leukemie bij kinderen en het wonen in de nabijheid van bovengrondse elektriciteitslijnen' heeft het ministerie van VROM aan RIVM gevraagd wat de consequenties voor Nederland zijn als deze associatie het resultaat is van een causale relatie tussen de sterkte van het magnetische veld van deze lijnen en het optreden van leukemie bij kinderen. Uit experimenteel onderzoek komen vooralsnog geen aanwijzingen voor enig plausibel biologisch mechanisme dat een oorzakelijk verband tussen blootstelling aan extreem laagfrequente magnetische velden en het optreden van enigerlei vorm van kanker ondersteunt. RIVM acht vanuit epidemiologisch oogpunt de resultaten van de recent verschenen 'pooled analyses' van Ahlbom et al. en van Greenland et al. een beter uitgangspunt voor de beschrijving van het risico op het krijgen van leukemie dan de informatie uit de afzonderlijke studies of uit eerder uitgevoerde meta-analyses. In het RIVM-onderzoek zijn uit de twee 'pooled analyses' waarden van het relatieve risico als functie van het magnetische veld afgeleid. De blootstellingssituatie in Nederland is bepaald op basis van schattingen van het magnetische veld op diverse afstanden tot de hoogspanningslijnen. Uit tellingen van het aantal personen dat binnen deze afstanden woont, zijn het toegevoegde individuele risico en het potentiele aantal extra gevallen van leukemie bij kinderen berekend. Met het begrip toegevoegd individueel risico wordt het risico op het krijgen van leukemie door kinderen als gevolg van het wonen bij een bepaalde waarde van het magnetische veld afkomstig van een hoogspanningslijn bedoeld. Er zijn onzekerheden over de vorm van de eventuele blootstelling-responsrelatie. Derhalve kan uit epidemiologisch onderzoek alleen worden geconcludeerd dat het relatieve risico mogelijk is verhoogd bij veldsterkten hoger dan ergens tussen 0,2 en 0,5 microtesla. Op basis van de resultaten van Ahlbom et al. en Greenland et al. blijkt voor Nederland het toegevoegde individuele risico op het krijgen van leukemie door kinderen in gebieden met magnetische veldsterkten boven 0,3 a 0,4 microtesla maximaal ongeveer 3 op de 100.000 per jaar te bedragen. Er zijn onzekerheden in het aantal kinderen dat bij deze veldsterkten woont, onder andere door de onzekerheden in schattingen van de magnetische veldsterkte als functie van de afstand tot de hoogspanningslijnen. Gebruik makend van deze schattingen, wordt het aantal extra gevallen van leukemie bij kinderen geschat op 0,2 tot 1 per jaar op een totaal van circa 110 nieuwe gevallen per jaar. Voor de Nederlandse bevolking is onvoldoende bekend hoe groot de blootstelling aan het totaal aan bronnen van extreem laagfrequente magnetische velden is. Het verdient daarom aanbeveling deze blootstelling nader te onderzoeken.
author2 LSO
format Report
author Plas M van der
Houthuijs DJM
Dusseldorp A
Pennders RMJ
Pruppers MJM
author_facet Plas M van der
Houthuijs DJM
Dusseldorp A
Pennders RMJ
Pruppers MJM
author_sort Plas M van der
title Magnetische velden van hoogspanningslijnen en leukemie bij kinderen
title_short Magnetische velden van hoogspanningslijnen en leukemie bij kinderen
title_full Magnetische velden van hoogspanningslijnen en leukemie bij kinderen
title_fullStr Magnetische velden van hoogspanningslijnen en leukemie bij kinderen
title_full_unstemmed Magnetische velden van hoogspanningslijnen en leukemie bij kinderen
title_sort magnetische velden van hoogspanningslijnen en leukemie bij kinderen
publisher Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM
publishDate 2001
url http://hdl.handle.net/10029/9593
long_lat ENVELOPE(14.797,14.797,66.865,66.865)
ENVELOPE(18.950,18.950,-72.075,-72.075)
geographic Greenland
Tellingen
Tussen
geographic_facet Greenland
Tellingen
Tussen
genre Greenland
genre_facet Greenland
op_relation RIVM Rapport 610050007
http://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/610050007.html
610050007
http://hdl.handle.net/10029/9593
_version_ 1766020410412892160
spelling ftrivm:oai:rivm.openrepository.com:10029/9593 2023-05-15T16:30:40+02:00 Magnetische velden van hoogspanningslijnen en leukemie bij kinderen Magnetic fields due to overhead power lines and leukaemia in children Plas M van der Houthuijs DJM Dusseldorp A Pennders RMJ Pruppers MJM LSO 2001-05-31 496000 bytes 507889 bytes application/pdf http://hdl.handle.net/10029/9593 nl dut Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM RIVM Rapport 610050007 http://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/610050007.html 610050007 http://hdl.handle.net/10029/9593 high tension networks electromagnetic radiation cancer children leukaemia leukemia elf hoogspanningsleidingen elektromagnetische straling kanker kinderen leukemie Report 2001 ftrivm 2022-03-09T23:12:36Z In response to the conclusion of the Health Council of the Netherlands that 'there is a reasonably consistent association between the occurrence of leukaemia in children and residence near overhead power lines' the Ministry of Housing, Spatial Planning and the Environment (VROM) requested RIVM to investigate what the consequences would be for the Netherlands if this association was found to be a result of a causal relationship between the strength of the magnetic fields due to these lines and the occurrence of leukaemia in children. Until now, experimental research has failed to indicate any plausible biological mechanism that supports a causal relationship between exposure to extremely low-frequency magnetic fields and the occurrence of any form of cancer. RIVM considers the results of two recently published pooled analyses a better starting point for describing the risk of leukaemia in children than the information from the individual studies or from meta-analyses performed previously. In the RIVM study values for the relative risk as a function of the magnetic field were derived from these two pooled analyses. The exposure situation in the Netherlands was determined using estimates of the magnetic field at several distances from the power lines. The additional individual risk and potential number of extra cases of leukaemia in children were calculated on the basis of the number of persons living within these distances. The additional individual risk in the RIVM study is defined as the risk children run of developing leukaemia due to living in a certain magnetic field near a power line. There are uncertainties about the form of the dose-response relationship. Therefore, the relative risk can only be concluded to be possibly elevated at field strengths somewhere above between 0.2 and 0.5 microtesla. On the basis of the results of the two pooled analyses, the additional individual risk for children who live in areas where the magnetic field exceeds 0.3 to 0.4 microtesla to develop leukaemia was found in the Netherlands to be 3 per 100,000 per year at the most. There are uncertainties in the number of children living in these magnetic fields, partly because of uncertainties in the estimates of the magnetic field as a function of the distance from power lines. When these estimates are used, the number of extra cases of the total 110 new cases each year is estimated at 0.2 to 1 per year. Since the total exposure to all sources of extremely low-frequency magnetic fields in the Netherlands is insufficiently known, further investigation of this exposure is recommended. Naar aanleiding van de conclusie van de Gezondheidsraad dat 'er sprake is van een redelijk consistente associatie tussen het voorkomen van leukemie bij kinderen en het wonen in de nabijheid van bovengrondse elektriciteitslijnen' heeft het ministerie van VROM aan RIVM gevraagd wat de consequenties voor Nederland zijn als deze associatie het resultaat is van een causale relatie tussen de sterkte van het magnetische veld van deze lijnen en het optreden van leukemie bij kinderen. Uit experimenteel onderzoek komen vooralsnog geen aanwijzingen voor enig plausibel biologisch mechanisme dat een oorzakelijk verband tussen blootstelling aan extreem laagfrequente magnetische velden en het optreden van enigerlei vorm van kanker ondersteunt. RIVM acht vanuit epidemiologisch oogpunt de resultaten van de recent verschenen 'pooled analyses' van Ahlbom et al. en van Greenland et al. een beter uitgangspunt voor de beschrijving van het risico op het krijgen van leukemie dan de informatie uit de afzonderlijke studies of uit eerder uitgevoerde meta-analyses. In het RIVM-onderzoek zijn uit de twee 'pooled analyses' waarden van het relatieve risico als functie van het magnetische veld afgeleid. De blootstellingssituatie in Nederland is bepaald op basis van schattingen van het magnetische veld op diverse afstanden tot de hoogspanningslijnen. Uit tellingen van het aantal personen dat binnen deze afstanden woont, zijn het toegevoegde individuele risico en het potentiele aantal extra gevallen van leukemie bij kinderen berekend. Met het begrip toegevoegd individueel risico wordt het risico op het krijgen van leukemie door kinderen als gevolg van het wonen bij een bepaalde waarde van het magnetische veld afkomstig van een hoogspanningslijn bedoeld. Er zijn onzekerheden over de vorm van de eventuele blootstelling-responsrelatie. Derhalve kan uit epidemiologisch onderzoek alleen worden geconcludeerd dat het relatieve risico mogelijk is verhoogd bij veldsterkten hoger dan ergens tussen 0,2 en 0,5 microtesla. Op basis van de resultaten van Ahlbom et al. en Greenland et al. blijkt voor Nederland het toegevoegde individuele risico op het krijgen van leukemie door kinderen in gebieden met magnetische veldsterkten boven 0,3 a 0,4 microtesla maximaal ongeveer 3 op de 100.000 per jaar te bedragen. Er zijn onzekerheden in het aantal kinderen dat bij deze veldsterkten woont, onder andere door de onzekerheden in schattingen van de magnetische veldsterkte als functie van de afstand tot de hoogspanningslijnen. Gebruik makend van deze schattingen, wordt het aantal extra gevallen van leukemie bij kinderen geschat op 0,2 tot 1 per jaar op een totaal van circa 110 nieuwe gevallen per jaar. Voor de Nederlandse bevolking is onvoldoende bekend hoe groot de blootstelling aan het totaal aan bronnen van extreem laagfrequente magnetische velden is. Het verdient daarom aanbeveling deze blootstelling nader te onderzoeken. Report Greenland National Inst. for Public Health and the Environment, Netherlands (RIVM): Webbased Archive of RIVM Publications (WARP) Greenland Tellingen ENVELOPE(14.797,14.797,66.865,66.865) Tussen ENVELOPE(18.950,18.950,-72.075,-72.075)